Bodegas Mateos Rioja “La Mateo Vendimia”
Iconische Rioja. Een beleving.
€31.99
Beschikbaarheid: 8 op voorraad
Bestel 3 flessen | Bestel 24 flessen | Bestel 60 flessen |
---|---|---|
- Voor 15:00 besteld, zelfde werkdag verzonden.
- Gratis verzending boven €150. Ook af te halen in onze winkel.
Proefnotitie
Tips
Technische details
Verhaal
Een klassieke Rioja staat bekend om houtige geuren als vanille, tabak en kruidnagel en rijpingstonen zoals gedroogde pruim en leer. Allemaal smaken die je niet zomaar krijgt als je gewoon wat druivensap laat gisten. Slechts een paar procent van alle wijn in de wereld is geschikt om lang te bewaren. Je hebt er hoge kwaliteit druiven en wijn voor nodig, maar ook allemaal andere technieken die over millenia ontwikkeld zijn.
Tegenwoordig hebben we roestvrijstalen vaten en glas. Glas kennen we al een hele lange tijd, maar pas in de 17e eeuw werd het voor het eerst echt geïntroduceerd voor wijn. Alle eeuwen ervoor moesten we het met veel simpeler materialen doen. De eerste wijnen werden gemaakt in aardewerken potten en vervoerd in zakken van dierenhuid, zoals van geiten. Dat was allemaal voor de snelle consumptie, want wijn laten rijpen in een zak van dooie geit was echt geen goed plan. In Georgië gebruik(t)en ze gigantische aardewerken vaten met een puntige onderzijde, de qvevri. Werkt prima om wijn in te maken, maar vervoeren is onhandig in die grote breekbare dingen die je niet rechtop kan zetten. De amphora zoals we kennen van o.a. de Romeinen heeft er wel wat van weg, maar is stukken kleiner, met oren om goed vast te kunnen pakken en was minder kwetsbaar. Je kon ze per schip vervoeren door ze te begraven in wat zand, want ook deze hadden een puntige onderkant. Echt stapelbaar was dit niet en omdat het bij openmaken vaak kapot ging was het ook voor eenmalig gebruik. Houten vaten werden hierna geïntroduceerd, eerst als een soort half open emmers en later gesloten. Kastanje en palmhout werden graag gebruikt, maar ook eiken. Langzaamaan begon iedereen door te krijgen hoe handig eikenhout was. Het hout was zacht, goed te vormen en niet te poreus, het gaf hele lekkere smaken aan de wijn en liet de wijn langzaam rijpen (langzaam is goed, snel is azijnzuur), en bovendien was het heel goed te vervoeren. Het eikenvat heeft een grote rol gespeeld in de ontwikkeling van allerlei wijnen die we tegenwoordig kennen, zoals Port en dus ook Rioja. Door de druifluis- plaag in 1860 weken wanhopige wijnboeren van de Bordeaux uit naar over de Pyreneeën, naar o.a. de Rioja. Hier brachten zij hun expertise en dus ook hun eikenhouten vaten naar nog onaangetast gebied. De Spanjaarden vonden dat wel een goed idee, maar veel te duur. De stijl konden ze echter goed kopiëren door het veel voordeligere Amerikaanse eiken te kopen door hun banden met de Nieuwe Wereld. Die geeft echter nog veel meer vanille en tabak-achtige tonen en inmiddels is dat hun handelsmerk.