Uw winkelwagen:
Totaal:
€0,00

La Colombina Sant’ Antimo Rosso Palpito 2018 & 2019

Stevige wijn van Brunello wijnhuis La Colombina.
  • Voor 15:00 besteld, zelfde dag verzonden
  • Per fles te bestellen
  • Gratis verzending boven €150
  • Ook af te halen in onze winkel
€16,99 Incl. btw
  • Bestel 3 flessen voor €15,99 per fles
  • Bestel 24 flessen voor €14,99 per fles
  • Bestel 60 flessen voor €13,99 per fles

  • Gewenste aantal niet op voorraad? Neem contact met ons op
Beschikbaarheid: Op voorraad (16)
Levertijd: Vóór 15:00 besteld, zelfde dag verzonden


PROEFNOTITIE

Smaak 2015 (na 4 jaar): zwarte bes, drop, koffie, vanille, zwarte peper, rode biet, bacon, leer, piment, shiitake.
Smaak 2015 (na 3 jaar): rode biet, bosbes, amandel, kokindjes (drop) en aardbei.

TIPS

Serveertemperatuur: 18° C.
Wijnspijs suggestie: Irish Stew

TECHNISCHE DETAILS

Producent: La Colombina
Druivenras: 40% Sangiovese, 30% Cabernet Sauvignon, 30% Merlot
Kleur: Rood
Herkomst: IGT Rosso di Toscana
Bodem: Vulkanisch gesteente en klei
Techniek: 12-15 maanden rijping op barriques
Alcohol: 13,5%

VERHAAL

Palpito wordt gemaakt van een blend van Italiaanse en Franse druivenrassen. Per jaar kan de samenstelling iets verschillen. De 2015 jaargang bestaat uit gelijke delen Sangiovese, Cabernet Sauvignon en Merlot. Over het algemeen heeft hij jong iets meer Merlot kenmerken (aardbei) en op leeftijd iets meer Sangiovese (bosbes, amandel, leer) en Cabernet kenmerken (zwarte bes, peper en hartige smaken). Net als zijn grote broer de San Martino, ontwikkelt hij fantastische tertiaire smaken met rijping op fles.

© Pandora's Bottle (2015)
Wijnhuis La Colombina ligt direct boven aan de heuvel bij het Abbazia di Sant'Antimo.

Avontuur in een glas

9 maart 2010, Robben en van Bommel zouden die avond Fiorentina uitschakelen. Wij zouden erbij zijn, maar eerst zouden we deze mooie lentedag benutten om op zoek te gaan naar Brunello. Wij zijn ik (Bart), mijn vrienden Armèn en Mischa en mijn Renault Clio. Samen zaten we midden in een epische wijn roadtrip. De heuvels van Piemonte lagen achter ons, nu waren we in het ware Mekka, Toscane. Of beter gezegd, we waren in een piepklein autootje op weg door het Toscaanse landschap en de stemming zat er al goed in, met wijn vóór de lunch in het vooruitzicht. Mijn vrienden doen professioneel niks met wijn, maar voor deze trip hadden ze het virus volledig te pakken.

We hadden een afspraak bij wijnhuis La Colombina. Eigenlijk kon er niks misgaan. Wij zouden op een stoel gaan zitten en wijn drinken (ik wist al dat de wijnen van La Colombina fantastisch lekker waren) en dan zou ik een moeilijk gezicht trekken: “ja mooie wijn, maar de prijs ...” etc. en we zouden naar buiten gaan met een mooie deal. De zon scheen, in de verte het beloofde land en het begon zachtjes te sneeuwen. En het begon harder te sneeuwen. We hadden geen winterbanden, wel afgesleten zomerbandjes, maar we waren er bijna. Alleen nog die heuvel op (Montalcino ligt op 563 meter hoogte).

Eigenlijk hadden we al lang moeten stoppen, maar de beslissing werd steeds een bocht uitgesteld totdat we bovenaan de heuvel waren. Nog één bocht (niet dat we dat echt konden zien want de lucht was letterlijk wit van de sneeuw en de ramen waren beslagen van drie veel te grote kerels in een veel te kleine auto). Maar nu gaf de Clio het op. Dat we al zo ver waren gekomen was al fysisch onmogelijk, die laatste bocht was écht onmogelijk. Dus terug achteruit bergaf over een ijsvlakte. Op één of andere manier lukte het me de auto te keren, maar we reden niet meer in een auto, het was een slee met wielen. Eén bocht lager diende zich een probleem aan, of eigenlijk twee problemen: 1) hoe een bocht te maken en 2) hoe te remmen? Aangezien we voor allebei geen plausibele oplossing hadden belandden we op de verkeerde weghelft en ik zou zweren dat we een frontale botsing hadden met een jeep, behalve dan dat door een glitch in de matrix we soort van door elkaar heen reden zonder elkaar te raken. Ik zette een glijmanoeuvre in naar links een parkeerplaatsje op. Ik zette de motor af en we rolden de auto uit. De Clio stond nog na te dampen terwijl in dezelfde bocht een Alpha Romeo van de Carabinieri met volle vaart de stenen rand van de weg ramde. Gelukkig alleen blikschade.

Wij hadden een groter probleem: “wijn vóór de lunch”. Maar in tegenstelling tot de weergoden waren de wijngoden ons goed gezind. Aan de overkant van de weg kon je door de witte waas nog net de letters ENOTECA lezen. Enoteca Bruno Dalmazio was onze verblijfplek voor de dag: Brunello di Montalcino Il Poggione 2004, Colombaio Brunello 2004, ... en dat alles terwijl we door de grote ramen het schouwspel buiten in de gaten hielden. We waren die dag de enige gasten. Ondertussen probeerde ik over de telefoon in een blend van slecht Italiaans, Engels en sneeuwruis te overleggen met Fabrizio: “You have to book ‘otel. Iiiimpossible, this snow we never seen, you cannot leave Montalcino ‘ill for three days, whoohaha!” een bulderende lach. Ik kende Fabrizio toen nog niet, maar een bulderlach van deze massieve wijnboer is een imposante belevenis. Een monnik in een pij probeerde kettingen onder zijn auto te leggen. Hielpen wij? Nee, Il Palazzone Brunello Riserva 2001. Jaren later vond ik nog flessen in mijn privé kelder die ik op deze dag gescoord had, want Bruno Dalmazio was niet alleen strategisch geplaatst naast onze crashsite. In tegenstelling tot de vele enoteca’s in de winkelstraten van Montalcino was hij ook nog eens schappelijk geprijsd.


Deze dag is één van de redenen waarom ik zo van Italië hou. Wat is nou de kans dat als je in Nederland je auto tegen een boom rijdt dat je dan op de hoek van de straat kan bijkomen met een fantastisch glas wijn? Waarschijnlijk kun je hooguit slechte koffie krijgen. Maar goed, terug naar Enoteca Dalmazio. Na uren van vertier trok het buiten enigszins bij en, na ons eerst meerdere malen hartelijk uit te lachen over de telefoon, waagde Fabrizio het erop met zijn jeep naar ons toe te komen. Misschien was hij toch bang dat we bij Dalmazio een nog betere Brunello zouden ontdekken. Onderweg scoorde hij bij een benzinestation een set kettingen, maat Renault Clio. Daar kwamen ze, Fabrizio en zijn vader Alamiro, beide mannen met het postuur van een mijnwerker, breder dan dat ze lang zijn en met handen als kolenschoppen.


De eerste omhelzing was meteen stevig alsof we elkaar al jaren kenden. Vervolgens stonden wij als drie bekakte studenten toe te kijken terwijl de mannen de ketting onder de auto legden. Zowel Fabrizio als Alamiro houden van aanpakken. Ze hebben een handel in wijngereedschap, landbouwapparaten en benodigdheden voor in de wijnkelder. In de jaren ‘90 zijn ze in reactie op de enorme populariteit van Brunello (vooral in Amerika) begonnen met het maken van hun eigen Brunello op hun familie wijngaarden. Met slechts 4 hectare zijn ze een van de kleinere producenten in Montalcino, maar in Montalcino kent iedereen ze.


Met de kettingen onder was het alsnog 10 km in slakkentempo naar het wijnhuis. La Colombina zit in het uiterste zuiden van de commune Montalcino. Dit zorgt voor krachtige wijnen. Zo hebben ze zelfs in het bar slechte jaar 2002 een prima Brunello gemaakt, waar andere wijnhuizen niks drinkbaars in een fles gestopt hebben. Dankzij de zuidelijke ligging hadden ze al geoogst voordat het slechte weer begon. Goed, tegen de tijd dat we aankwamen bij het wijnhuis begon het al te schemeren. De rest is voorspelbaar: fantastische wijnen, oprecht nog lekkerder dan Il Poggio, Il Palazzone en de hele bups. Natuurlijk gingen er oude jaargangen open en kregen we een tour van het wijnhuis. Bij kaarslicht, omdat de stroom was uitgevallen. We eindigden voldaan met een bord wild zwijn voor de open haard. Wilde zwijnen zijn een probleem voor de wijngaard, aangezien ze ook Brunello druiven lusten en er niet voor betalen. Overgrootvader Umberto schiet ze af en maakt er gerechten van die perfect passen bij de aardse smaken van de Brunello.


Jullie raden het al, we hebben Robben en van Bommel nooit live zien scoren. Ondertussen zijn we al vele keren terug geweest op het wijnhuis, hebben we wild zwijn in vele verschillende gedaantes gegeten en zijn we allemaal ouder geworden. Fabrizio heeft een zoon gekregen, waardoor er nu vier generaties aanwezig zijn op het wijnhuis. Hier in Gouda lopen er intussen ook drie kinderen door de winkel. La Colombina doet het goed. In principe kan Fabrizio al zijn wijn keer twee aan de importeur in New York verkopen, maar mede dankzij deze eerste kennismaking houden wij een speciale band. Qua etiket is alle Brunello uit hetzelfde jaar natuurlijk identiek, maar stiekem komt deze uit vele verschillende wijnvaten, die allemaal net wat anders smaken. Bij ons krijgt u het beste spul.


Als je na dit verhaal trek hebt in Brunello; dat snap ik. Die is ook in onze winkel te koop. Dit is zijn “simpele” wijn “Palpito”, die overigens ook erg lekker is. Het is een blend van gelijke delen Sangiovese (de Brunello druif), Cabernet Sauvignon en Merlot.
0 sterren op basis van 0 beoordelingen
Wij slaan cookies op om onze website te verbeteren. Is dat akkoord? Ja Nee Meer over cookies »